woensdag 9 september 2020

buizerdlaan

vanmiddag werden op de buizerdlaan doeken opgehangen langs het bouwterrein waar voorheen het markante kantoorgebouw stond. buurman wim maakte foto’s, ik schreef er teksten bij. we missen dit karakteristieke pand. ooit sprak ik nog de hoop uit dat het herbestemming zou vinden.


november 2013:

met enig recht is de stad fier op het transformeren van leegstaande kantoorpanden naar woonbestemming. toch vraag ik me af of dat op termijn toereikend zal zijn. de druppels op de gloeiende plaat, u weet wel. zo kom ik nog wel eens in de buurt van het voormalig pand van ‘allianz’ aan de buizerdlaan. leeg en stil, waar het voorheen een aardige drukte was. dat is óók leegstand, het ontbreken van werk. mooi pand, met al dat spiegelend glas.






bespiegeling


de vloeren leeg, ik tel er elf

met wanden om in weg te dromen

het spiegelt lucht, het spiegelt bomen

en ’t spiegelt bovenal zichzelf


de oude plek van ‘allianz’,

voorheen de ‘zwolsche algemeene’

de reuring is al lang verdwenen

wat bleef is slechts de oude glans


ik zou zo graag een bordje ‘vol’

zien staan bij ’t terrein voor ’t parkeren

en dat mevrouwen en meneren

voldoening vinden in een rol

-----------------------------------------------------------------------


11 november 2019:

dit pand had altijd méér dan één gezicht

het leek soms op een schip dat ’t anker licht

maar nooit heeft het een kust geroken

en nu is alle vaart er uit,

het wordt straks afgebroken.


1 december 2019:

de eerste gaten zijn geslagen

wie nu het spiegelglas beziet

denkt dat de hemel scheuren toont


en zo beginnen d’ laatste dagen

een nieuwe functie gunt men ’t niet

juist hier, waar men ooit zei

dat transformatie van gebouwen loont



19 januari 2020:

de buurt schrikt wakker, ’s morgens vroeg

van plotseling gerinkel

’t lijkt even op ’t getinkel

van tintelwit of fonkelrood,

’t geluid als van een kroeg


maar ach, zo klinkt een pand in nood


en zie, terwijl een wreed machien de wanden kraakt

vertoont zich het skelet, hologig, naakt



10 maart 2020:

zo’n twintigduizend tonnen puin

(zo wordt geschat)

of zeventien, dat scheelt wel wat

die marge komt door ’t grillig weer

want, staat de wind verkeerd

dan wordt de buurt vereerd

met stof, stof, stof

het dwarrelt op de auto’s neer,

de tuinen worden grijs,

geen dakpan heeft nog kleur en,

hoewel dit stof heel veilig schijnt,

sluit men angstvallig raam en deur



28 maart 2020:

het spiegelpaleis, van zijn vormen ontdaan,

is puinrest geworden, de vrachtwagens reden hier af en weer aan

nog even een stofzuiger, ’t is hier dan weer schoon

wij hoeven geen parel, wij hoeven geen kroon

dag spiegelpaleis, nieuwegein liet je gaan

straks ben je vergeten, zo gaat dat gewoon


(de overige foto’s werden gemaakt door buurman wim, u kunt ze zien op de buizerdlaan)




zaterdag 27 juni 2020

het dundoek (veteranendag 2020, nieuwegein)




het dundoek danst in vrije lucht
wij plukken dagelijks de vrucht
van al uw zware werk

wij kennen meestal niet uw namen
wij weten zelden hoe u heet
maar dankzij wat u deed
beweegt het dundoek in de vrije lucht

het danst en brengt vandaag aan u saluut

© ton de gruijter 

vrijdag 24 april 2020

inleidende tekst quarantaineconcert nieuwegein

het was een eer, een tekst te mogen spreken voorafgaand aan het 'quarantaineconcert' dat melanie reindertsen gaf voor de bewoners van 'de nieuwe baten' in nieuwegein.
een prima zangeres.

we dolen,
op een vreemde zee
en niemand roept het 
‘land in zicht’

we wachten, 
heel de zwarte nacht
en hopen op het ochtendlicht
ons huis is een gedwongen thuis
de buitenwereld is nog dicht
en zo is onze hoop gericht
op al het goede dat ons wacht
en straks wat wij verloren zijn verzacht

de tussentijd,
de tussentijd,
ze lijkt ons nu te dwingen
iets groots te vinden in de kleine dingen

ik hoor vandaag de vogels fluiten
ik ruik wel honderd geuren buiten
die ik eerder nog niet kende

ik word door oude foto’s weer opnieuw geraakt
ik proef een nieuw recept,
dat wonderwel verrassend smaakt
er woont iets groots in kleine dingen

ik vind een hobby t’rug,
daar gaan de uren
ik lees verhalen in haar ogen
(waar ik dagen in kan turen)
wat is de lucht hierboven schoon

het ‘nieuw normaal’ wordt haast gewoon
met zo veel groots in kleine dingen

ik weet het wel,
het plein is leeg
de kerk klinkt hol
en veel 
(misschien)
komt niet terug
behalve in herinneringen

ik troost mij met de kleine dingen

het helpt mij zo,
tevreden zijn met wat resteert,
de glimlach van een buur op straat
een kind dat fantaseert

het luist’ren bij een goed gesprek

het wonder van het goede boek
en aan muziek is nooit gebrek

zo zingt het meisje met een gouden stem
totdat de hemel smelt,
een engel daalt
en onze wereld even straalt

ik wens u duizend kleine dingen


© ton de gruijter 

woensdag 29 januari 2020

tekst, uitgesproken bij holocaust monument, nieuwegein.


‘de regen tikt tegen de ruiten
de krant die schrijft; er komt nog meer
ik durf vanavond niet naar buiten,
wat een weer, wat een weer, hè,
wat een weer, wat een weer’


dat vonden ze leuk, nederlandse liedjes zingen met een amerikaans accent.
johnny en jones (hun echte namen waren nol en max) werkten bij de bijenkorf.
maar ze wonnen aan populariteit, vanaf 1936 waren ze fulltime muzikant.
(tegenwoordig zou je ze singer-songwriter noemen).
ze stierven in 1945,
leeggezogen,
uitgeput,
afgebeuld.


ze stierven als ontelbaar velen
en allemaal …


ze waren allemaal als jij en ik

ze waren vader, moeder
ze waren buur of vriend
ze waren zus of broer

ze waren arts of ambtenaar
ze waren musicus of metselaar
ze waren kruidenier of groenteboer
ze speelden nog op straat
of zouden nog geboren worden

ze waren saai of creatief
ze hielden van hun kind, hun lief

ze waren allemaal als jij en ik

en ze zouden …
hun kind’ren konden …
hun plannen waren …

en plots’ling kwamen de zwarte jaren
ze mochten nog een koffer mee,
de trein,
die altijd naar een eindpunt reed

ze waren allemaal als jij en ik

de wereld werd van prikkeldraad
van platgetreden gras,
ontering, dwangarbeid
en kamers vol van gas
waarin de laatste woorden smoorden

en wij zijn net als zij
want wij zijn vader, moeder
en wij zijn buur of vriend
en wij zijn zus of broer

en we zullen …
onze kind’ren kunnen …
onze plannen zijn …

‘de krant die schrijft; er komt nog meer
ik durf vanavond niet naar buiten’

wees wijs,
heb lief,
doe goed
en bewaar de vrede

© ton de gruijter